31.1.12

FACEBOOK LIVE

(live geschreven tijdens Lux Live, debat in Nijmegen over de macht van social media als Facebook, met dank aan Dennis Gaens voor het idee van de publieksparticipatie: de Vind ik leuks werden door het publiek gezegd)

Presentator Oeds wil weten hoe Facebook werkt.
Rop reageert op de status van Oeds: is als hacker bang dat dat uitleggen wel heel ingewikkeld wordt, ziet motto’s veranderen in hoop.
Vind ik leuk

Barts onderwerp is informatiebeveiliging, zet zichzelf niet op social media maar is op een of andere manier toch online te vinden.
Janneke reageert op de status van Bart: bel mij eens, ik spoor informatielekken op.
Vind ik leuk

Rop is de eerste die over liefde begint.
Bart reageert op de status van Rop:
ik vind het een komisch verhaal en ben ook op zoek naar liefde.
Vind ik leuk

Oeds probeert met een lange vraag over al dan niet betrouwbare overheden en bedrijven de angst erin te krijgen en vraagt zich intussen af hoe Bart aan die mooie krullen komt, worstelt al jaren met zijn sluike haar.
Vind ik leuk

Rop vindt de scheiding in het haar van @Oeds wél mooi, hij vindt elk haar mooi.
Bart reageert op de status van Rop:
ik vind dat het nergens over gaat.
Vind ik leuk

Tim zou wel eens met @Lisa een beschuitje willen eten, als @Oeds dan tenminste niet jaloers wordt.
Vind ik leuk
Tim reageert op de status van het publiek:
jahaa, maar jullie mogen lekker niet backstage komen.

Janneke deelt sowieso niets online, maar zegt het mooiste woord van de avond: creepyline.
Bart reageert op de status van Janneke:
ik vind dat het nergens over gaat.
Vind ik leuk

Het publiek vindt alles leuk, gewoon omdat daar een knop voor is.
Vind ik leuk

Tim mag hier alleen maar zitten omdat hij een verhouding heeft met iemand uit de Lux-directie.
Bart reageert op de status van Tim:
ik vind dat het nergens over gaat.
Vind ik leuk

Tim vraagt zich af hoe ver hij kan gaan voordat hij offline wordt gehaald en vindt, net als @Lisa, @Oeds, @Rop, @Janneke en @Bart, dat het nu tijd is voor een biertje.
Vind ik leuk

27.1.12

Too close to call

Het was niet te missen natuurlijk, de op drie netten live uitgezonden uitreiking vanuit Carré van de prijs voor het mooiste Gedicht bij de Dag van 2011. Radioprogramma Dit is de Dag organiseerde de show op Nationale Gedichtendag. Gerrit Komrij, Ramsey Nasr en een hoogblonde dame met overdreven gebaartjes een veel te schelle stem presenteerden de avond. Tot vlak voor het sluiten van de markt was het spannend wie volgens het publiek, dat via sociale media, sms en telefoon kon stemmen, de beste Dichter bij de Dag van vorig jaar was. In een nek aan nek-race raasden ik, Rikkert Zuiderveld, Froukje van der Ploeg en Quirien van Haelen richting de finish...
Too close to call! Rikkert en ik hebben besloten de 20.000 euro prijzengeld, beschikbaar gesteld door de publieke omroep, eerlijk te verdelen. De auto van GroenLinks gaat naar de Voedselbank. Het koperen beeldje, presentje van de PVV, verkopen we zodat we de opbrengst kunnen storten in de campagnekas.

10.1.12

VEERTIG

(bij de uitzending van Dit is de dag op Radio 1 over koningin Beatrix op staatsbezoek in de woestijn, Wim 'iceman' Hof en langdurig solliciteren)

Mijn grote hete vlakte van zand en
stenen herkende ze als de leegte na
haar koningschap, zag ik aan de rimpels
rond haar ogen en haar neerhangende
mondhoeken. Ook ben ik de droogte van
honderden onbeantwoorde brieven, de
eerste veertig dagen van het nieuwe jaar.

Er is een man die ervoor koos me zonder
voedsel veertig kilometer te weerstaan, hij
weet dat je soms niet om mij heen kan. Een
nieuwe brief vergroot de woestijn alleen maar,
en ook al is het een kroonprins, een zoon
stuur je niet voor zijn moeder de woestijn in.
De eerste stap is gewoon heel diep ademhalen.

1.1.12

ANDERS

(voor de nieuwjaarsdaguitzending van Dit is de Zondag op Radio 1, over goede voornemens)

                                     voor Ben Tiggelaar

Wat ik gedaan heb, begrijp ik niet. Friet naar
binnen werken bij de snackbar 's nachts
op rooftocht langs kasten die nooit vol
genoeg zijn, teveel borden stamppot.
Ik wil het goede, maar ik kan het niet zelf
opscheppen doe ik steeds weer opnieuw.

Ik en mijn huis, wij zullen een nieuwe
maaltijd vieren. Niet met gerechten die ik
kies (gehaktballen en spinazie, erwtensoep
met vlees), maar met voedsel dat ik ontvang,

aan een tafel waar stiltes zeldzaam zijn en
telkens borden bijgezet moeten worden voor
kinderen, kleinkinderen, familie en vrienden.
Daar wordt andere honger gestild: naar elkaar.

Moeder wist al hoe het moet:
ga naar de winkel, loop
voorbij de aardappelen
en pak de pasta.